De Grutto is in ons land uitgeroepen tot nationale vogel. Het is een grote steltloper met lange poten. De snavel is recht. Het mannetje is in prachtkleed meer steenrood gekleurd dan het vrouwtje. In winterkleed hebben ze een bruingrijze borst en bovendelen.
Kenmerken en specificaties Grutto
- Lange poten
- Rechte snavel
- In vlucht, witte vleugelstreep met zwarte eindband
- Mannetje is in prachtkleed meer steenrood van kleur dan het vrouwtje.
- Winterkleed: bruingrijze borst en bovendelen.
- Wettenschappelijke naam: Limosa limosa
- Lengte: ongeveer 37 tot 42 cm. Spanwijdte: 63 tot 74 cm
- Voedsel: regenwormen, emelten, insecten en rijstkorrels
- Eieren: meestal 3 tot 4 eieren per legsel
- Geluid: kenmerkende roep een luid en helder ‘gruttooo, gruttooo‘, waarbij de eerste lettergreep in toonhoogte stijgt en de tweede weer daalt.
Geluid Grutto
Broeden en leefgebied
- Broedperiode: broedt vanaf eind maart, met een piek in april.
- Broedt plekken: maken een onopvallend nest in het gras.
- Eieren: een legsel per jaar, met meestal 3 tot 4 eieren.
- Broedduur: het duurt 22 tot 24 dagen voordat de eieren uit komen.
- Uitgevlogen: de jongen vogels vliegen na 24 tot 27 dagen uit. De familie blijf hierna nog 5 tot 14 dagen bij elkaar.
- Leefgebied: ze zijn voornamelijk te vinden in Friesland, Noord en Zuid-Holland. Voornamelijk in vochtige, kruidrijke graslanden.
- Trefkans: algemeen
Vogeltrek en populatie
- Vogeltrek: Trekken vanaf juli tot en met augustus. Ze vliegen meestal langs de kust over Frankrijk, via Spanje en Portugal. Ze overwinteren vaak in Senegal en Guinee-Bisseau. Vanaf februari arriveren ze weer in Nederland.
- Broedparen: 26 000 tot 33 000
- Overwinteraars: 0 tot 5
- Doortrekkers: 23 000 tot 44 000
- Deze informatie is afkomstig van sovon vogelonderzoek Nederland.