Vogels hebben goede ogen nodig om alles om hun heen goed in de gaten te kunnen houden. Bij sommige vogelsoorten zijn de ‘kegeltjes’ die in het oog zitten aangepast, zodat ze bijvoorbeeld goed in het water kunnen kijken. Maar, welke kleuren kunnen vogels eigenlijk zien?
De ogen van vogels lijken op de ogen van mensen. Met de staafjes die vogels in hun netvlies hebben, kunnen ze licht en donker zien. De kegeltjes zorgen ervoor dat vogels kleuren kunnen waarnemen en dat ze scherp kunnen zien. Vogels kunnen dezelfde kleuren zien als mensen, maar ze kunnen ook ultraviolet licht zien.
Aangepaste ogen
Bij sommige vogels zijn de ogen aangepast aan hun manier van jagen of leefomgeving. Nachtactieve vogels (zoals uilen) hebben vooral veel staafjes in hun ogen. Hierdoor zien ze minder scherp, maar dat compenseren ze weer met hun goede gehoor. Dagactieve vogels hebben juist veel kegeltjes.
IJsvogels hebben veel rode kegeltjes, dat zorg er namelijk voor dat de schittering van het water afneemt. Ze kunnen hierdoor van boven af goed het water in kijken. Vogels die onder water goed moeten kunnen zien om bijvoorbeeld op vis te kunnen jagen, hebben veel blauwe en groene kegeltjes.
Ultraviolet licht
Vogels kunnen ook ultraviolet licht waarnemen. Ze hebben ook daar weer speciale gevoelige kegeltjes voor. Wat kunnen zij daarmee zien wat wij niet kunnen zien? Hieronder volgen enkele voorbeelden:
- de waslaag om rijpe vruchten (lijsterachtigen),
- urinesporen van muizen (torenvalken),
- de zon als het bewolkt is
- andere kleuren in het verenkleed (een mannetje pimpelmees/roodborst/ekster/etc. ziet er voor die vogels heel anders uit dan een vrouwtje).
Bron: Vogelbescherming.nl