Man

De Engelse kwikstaart komt in Nederland niet heel veel voor. De soort werd vroeger gezien als een van de vele ondersoorten van de gele kwikstaart, maar tegenwoordig wordt hij als een andere soort gezien. Het mannetje van de Engelse kwikstaart heeft ook wel veel weg van het mannetje gele kwikstaart.

Kenmerken en specificaties Engelse Kwikstaart

  • Mannetje: blauwgrijze kop met een witte wenkbrauwstreep. Prachtkleed: groene kop, gele onderdelen en olijfgroene bovendelen
  • Vrouwtje: valer van kleur en erg moeilijk te onderscheiden. De vrouwtje zijn valer van kleur als de jonge vogels van deze soort.
  • Wettenschappelijke naam: Motacilla flava flavissima
  • Lengte: 16,5 tot 17 cm.
  • Voedsel: insecten zoals vliegen, en muggen maar ook zaden
  • Eieren: meestal 4 tot 6 eieren per legsel
  • Geluid: roep explosief “tsíew…” Zang met herhaalde, raspende strofen, stelt niet veel voor.

Geluid Engelse kwikstaart

Bron

Broeden en leefgebied

  • Broedperiode: broedt vanaf eind mei tot en met juli.
  • Broedt plekken: het nest is een kuiltje gebouwd van gras, stengels en wortels en is bekleed met haar.
  • Eieren: heeft meestal een legsel per jaar, met ongeveer 4 tot 6 eieren.
  • Broedduur: het duurt ongeveer 11 tot 13 dagen voordat de eieren uit komen.
  • Uitgevlogen: na 10 tot 14 dagen vliegen de jongen uit. Ze blijven hierna nog enkele weken bij hun ouders.
  • Leefgebied: Broedt in Nederland vooral in bollenvelden en akkerlanden.
  • Trefkans: de kans om deze vogel in Nederland te zien is zeer laag tot laag.

Vogeltrek en populatie

  • Vogeltrek: trekt in het voorjaar door vanaf eind maart tot en met half mei. In het najaar vliegen ze terug via Frankrijk naar overwinteringsgebieden in West-Afrika.

Deze soort is vergelijkbaar met:

Weetjes over de Engelse kwikstaart

  • Op de ICO World Bird List is dit een ondersoort van de gele kwikstaart, maar in Nederland wordt de soort als een aparte soort beschouwd.